Blog

De Bever

19 december 2010

‘s Nachts, diep verzonken in mijn peinzen over ‘t leven
het was herfst – de bomen vrijwel kaal
ik voelde ‘n natuurlijke gang inwaarts
de dagen korten, de nachten lengen
als het licht dimt, keert de blik naar binnen

Zo zat ik, het aangezicht begraven in mijn handen
met mijn vele schrammen,
mijmerend over hoe we toch een glans kunnen geven
aan de dingen om ons heen
‘t Leven komt mij vaak zo hoop- en troost’loos voor
dat ik soms geen moed meer voel om door te gaan

‘k Zat zo eventjes te dralen
met een boek op schoot
‘k liet mijn gedachten gaan over grote artiesten van weleer
die met hunne kunsten ons kunnen opbeuren
als we weer gezonken zijn
in donk’re sfeer.

Ik hoorde daar iets ritselen – Iets ritselt in de tuin
Ik dacht: ‘t zal wel ‘n late trekvogel zijn
die de laatste besjes van de struiken eet

Het ritselde maar door
al gauw kwam er een kraken en knabbelen bij

Ik sprong verschrikt daarop uit mijn stoel omhoog
Wat is dat toch?
Wat is dat knagen aan mijn huis?

Ik opende juist de deur
en daar kwam – als was het de gewoonste zaak
een bever binnenlopen

Hij dribbelde naar binnen
en ging parmantig zitten naast mijn kamerdeur

Hij had een takje in de bek
waarmee hij zeggen wilde: “Ook jij kunt bouwen aan een dam”
Ik dacht: Laat dit dan ook een omen zijn
kom, ik zet mij op mijn zetel neer en knaag aan deze stam.

Ik vroeg: “Jij edel knaagdier, komt ge mij vertellen…
Hoe wij mensen in ons lijden
hoe wij telkens weer vermijden
dat wij tóch een zin kunnen ruiken in dit aards bestaan?”
Sprak de bever: “Zeker zeer.”

Oh! Zoiets had ik nog nooit gedroomd:
zulk een prachtig, noest en edel dier,
dat mij toespreekt in zó’n reine bas
Ik keek nog eens op ‘t etiket van mijn fles Single Malt
Wist ik zeker dat het dát niet was?

Roezoer de bever

De bever streek zijn vacht nu recht
alsof hij er eens goed voor ging zitten.
Alsof er nu een ogenblik was aangebroken
dat ik nooit meer zal vergeten,
Ik wist: nu kom ik grote dingen te weten.

Zijn het schrijvers? Die ons in ons lijden steunen?
Die met hunne verzen ons gemoed opbeuren,
en ons dagelijks doen oprijzen uit onze stoelen
om de dagelijkse buitenwereld ‘t hoofd te bieden?
Sprak de bever: “Inderdaad.”

En de beelden, de schilderingen, de gebouwen
De ontwerpen en geëtste vrouwen…
De musea die volhangen met schoon aanblik
Fotografen ook, die vertellen van hun schik?
Zijn ook zij in staat ons op te tillen?
Sprak de bever: “Natuurlijk.”

Hoe kunnen dan de zangers, componisten,
Zij die met hun noten twisten
Toondichters en instrumentalisten
Met hun gouden klanken onze oren zalven keer op keer
Riep de bever: “Smaakt naar meer!”

Bever! Ga jij mij hier daden stellen?
En mij nu vertellen dat Minerva ons komt redden?
troost en schoonheid brengen in dit aards bestaan?

Weet jij nu van levensvreugde?
Weet jij wat ons mensen roert?
Weet jij wat ons door de donk’re dagen voert?
Weet jij van een goede, schone, lang vergeten leer?
Sprak de bever: “Dat, en meer.”

Oh! Jij bever! Jij machtig en uitzonderlijk dier!
Jij, die hier mijn toekomst komt voorspellen,
Weet ik nu, nu ik aan ‘t hemelse rook?
Weet ik nu van alles meer?
Sprak de bever: “Zo is ‘t ook.”

En de bever, zonder wijken
Zit nog altijd naast mijn kamerdeur te prijken
En zijn ogen flonk’ren met een geestdrift
Die men heden nog maar zelden ziet
En mijn ziel voelt zich als wederboren, vrij van schroom,
telkens als ik hem hoor knagen aan mijn boom.

vrij naar Edgar Allan Poe
Met dank aan Lolle Wijnja en Youri Sepp

–

Hieronder kun je mijn voordracht beluisteren:

De Bever by StudioBronts

Extra's

En verder:

  • Aanbevelingen
  • Nieuwsarchief

Tekstontwerp

Alle facetten van taalkunst en taalkunde, veelal ingezet voor (nieuwe) media. Hierbij inbegrepen: typografie, spelling, toon, stijl, bladspiegel, slagkracht, inhoud, etc.

Menu

  • Profiel
  • Projecten
  • Blog
  • Contact

U bent op pagina 838

¶ De Bever. StudioBronts.com: ambachtelijke communicatie en journalistiek